maandag 2 oktober 2017

Handen geven

Op de reguliere school waar ik heb gewerkt heb ik behoorlijk geworsteld met voor de klas staan. Het eerste jaar dat ik daar werkte was gewoon niet leuk. Er werden dingen van mij verwacht waar ik niet goed in was en ik had heel veel moeite met de omschakeling van een juf in een onderwijsvernieuwende school naar een traditionele docent.
Orde
Aan het einde van dat eerste jaar, toen duidelijk werd dat ik nog een jaar mocht blijven en men mij eigenlijk wel zelfs een vast contract zou willen aanbieden, wilde ik hier iets aan doen. Ik moest steviger voor de klas staan, ik moest mezelf opnieuw gaan opleiden op het gebied van orde. Van een collega kreeg ik het boek 'Orde in de klas' van Rene Kneyber te leen en in de zomervakantie besteedde ik een groot deel van mijn vrije tijd aan het bestuderen van dit boek.
Gewapend met een map vol aantekeningen, nauwkeurige lesvoorbereidingen en handige standaardstrafwerkformulieren stapte ik in augustus weer de school binnen. Ik hield me aan mijn eigen regels, was consequent en het ging dat jaar, eigenlijk vanaf het begin, direct een stuk beter qua orde houden. Maar wat mij betreft is een deel van de winst van de tijdsinvestering in die zomer ook dat ik ging nadenken over wat voor mij belangrijk is bij het lesgeven.

Handen geven
Een van de beslissingen die ik toen nam was om voor elke les de leerlingen een hand te geven. In het begin keken leerlingen en andere collega's hier raar van op, maar ik wilde dat momentje om voor de les iedereen even in de ogen te kijken. Voordat de les echt begon, wilde ik al contact hebben gehad met mijn leerlingen. Van alle dingen die ik dat jaar deed, werkte dit het beste. Aan het einde van dat jaar, toen ik al aangenomen was bij de school waar ik nu werk, werd het handen geven in de centrale vergadering genoemd. Men zag dat het een fijn begin van de les was, en het contact met leerlingen beter ging bij mij, en er waren diverse collega's die in het komende jaar ook wilden beginnen met het begroeten met een handdruk.

Great minds think alike
Hoe grappig was het dan ook, toen ik op mijn huidige school een eerste proefles kwam geven, dat ik aan de begeleidende docent vertelde dat ik gewend was om de leerlingen een handdruk te geven bij het binnengaan in de klas. Het bleek namelijk dat dat iets is dat bij het Vrijeschoolonderwijs hoort. En niet alleen bij binnenkomst, maar ook bij het verlaten van de les. Dat was nieuw voor mij, maar ben ik in de ruim drie jaar dat ik op deze school werk nog wel meer gaan waarderen.

Bij het begroeten maakt een hand geven dat je direct al even contact hebt. Je ziet de leerling met het nieuwe kapsel, een leuk nieuw jasje, wallen onder de ogen, rode oogjes, een stiekeme zak chips nog in de handen en kunt hier meteen iets mee. Bij het verlaten zorgt het ervoor dat je de les even echt kunt afsluiten. Je hebt kans voor een heel snelle mini-evaluatie. Iets langer hand vasthouden en een compliment geven: 'Ik heb jou de hele les niet gehoord, volgens mij ben je keihard aan het werk geweest, klopt dat?' of juist 'Volgende keer wil ik dat jullie even een andere plaats uitkiezen, want ik vond zo naast elkaar vandaag geen goede combinatie. Jullie wel?'


Het maakt dat het contact wezenlijker is en dat komt mijn onderwijs ten goede.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten