Mijn
man en kinderen weten er alles van: ik kan echt maar een ding
tegelijk. Dus als ik mailtjes beantwoord, een blogje schrijf of
proefwerken nakijk en iemand wil mij een mop uit een moppenboekje
vertellen, vragen of ze morgen met Nolan mogen spelen of willen weten
wat er die avond gekookt moet worden, dan hoor ik dat niet. Als het
nogmaals wordt gezegd of gevraagd ervaar ik dat als ruis op de
achtergrond die in razendsnel tempo oorverdovend wordt en baf!
Kortsluiting in mijn hersenen. Teveel informatie om te verwerken,
teveel tegelijk en het resultaat is meestal een nogal geblaft, niet
bijster vriendelijk antwoord van mijn kant, iets waar ik zelden zelf
blij mee of trots op ben, maar het gebeurt. Sorry, ik bedoelde het
niet zo...
In
de les heb ik hier minder last van, van dat korte lontje. Dat bewaar
ik meestal voor thuis (nogmaals mea culpa, lieverds), maar ook op
school zijn er momenten waarop ik het heb gehad.
Voor
iedereen die inmiddels bij mij het beeld heeft gekregen van een blij
ei in hippiejurk en heksenhaar, nou ja, dat klopt wel. Maar niet
altijd. Een van de dingen waar ik slecht tegen kan is als mensen door
me heen praten. Nou, dan moet je docent worden. Kun je je lol op.
Geklets
Natuurlijk
weet ik dat het erbij hoort. Ik sta inmiddels een paar jaar voor de
klas, heb een dikkere huid gekregen en een arsenaal aan oplossingen.
Gewoon stil zijn en voor de klas gaan staan bijvoorbeeld. Wachten.
Kan lang duren, heel lang, maar uiteindelijk wordt het stil. Even
opvallend gaan staren naar de grootste kletskousen helpt, een
ontevreden blik op mijn gezicht ook. Als ik meer druk wil zetten,
steek ik mijn vinger dreigend in de lucht; het teken om aandacht te
hebben en stil te zijn. Werkt minder goed dan gefronste wenkbrauwen,
is wel vriendelijker. Op deze manier wachten werkt, kost weinig
inspanning, maar neemt veel tijd in beslag.
Silence
please
Er
zijn veel wisselingen in een les, zelfs in eentje van een magere 45
minuten. Van introductie programma naar boeken open slaan, van samen
lezen naar zelfstandig oefening doen, van luisteren naar een verhaal
naar gedicht reciteren. Als je bij elke wisseling opnieuw geklets
hoort kan dat wachten op stilte heel vervelend worden.
Soms
heb ik er ook gewoon geen geduld voor. Dan ga ik aftellen. In
het Engels, van tien naar een. Na 1 (Silence please!) weet iedereen
inmiddels dat het stil moet zijn. Mensen die lollig heel hard denken
mee te moeten tellen worden afgestraft. Dit aftellen werkt snel en
goed, maar nog kan het rommelig worden. Tien keer in de les aftellen
doet het effect weer teniet dus dat doe ik niet.
Geduld
Voor
de klas heb ik een stuk meer geduld dan thuis, en er komt een moment
dat ik het zat ben. Dan ga ook ik Ssst-sissen. En wee de leerling die
leuk mee doet! In het verleden heb ik wel met de deur geslagen, dat
doe ik (na klachten van volledig lamgeschrokken leerlingen)
niet meer. Geen shocktherapie, vind ik zielig. Van de week was ik
bezig met een luisteropdracht waar tig keer doorheen werd gesproken
en ik had het echt gehad. Toen hoorde ik mezelf onvriendelijk
blaffen: ‘En nu is het echt stil!’
Volgens
mij schrokken de leerlingen meer van mijn gezichtsuitdrukking van de
uitroep zelf. Ik zag één leerling een beetje wit wegtrekken. Maar
dat is dan ook een lieverd. Eigenlijk had ik toen al direct weer
medelijden met ze. Maar soms moet het gewoon echt even stil zijn. Dan
maar zo.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten