Ergens
hier op dit blog heb ik er al eens vaker over verteld: ik ben vroeger
gepest. Niet iedereen in mijn omgeving had dat in de gaten, omdat ik
een kind was dat veel binnen hield, geremd was en doordat ik me
constant onveilig voelde niets durfde te laten merken. Ook ben ik ervan overtuigd dat de kinderen die mij pestten niet in de gaten hadden wat voor effect dit op mij had.
Veerkrachtig
Het
heeft mij jarenlang onzeker gemaakt. Dat ik
uiteindelijk goed ben hersteld heeft veel te maken met mijn
veerkracht. Ik denk dat veerkracht namelijk een heel belangrijke
voorwaarde is voor het omgaan met narigheid zoals pesten. Het is een
eigenschap die niet iedereen in dezelfde mate heeft. Zo kan het
dat er mensen zijn die positief in het leven staan, zelfs na jaren
van vernedering en ellende, terwijl andere mensen veel last kunnen hebben van een onschuldig bedoeld stoeipartijtje. Dat zijn mensen die lang gebukt kunnen
gaan onder een paar vervelende opmerkingen waar anderen hun schouders over ophalen. Betekent dit dat die gekwetste mensen aanstellers zijn? Uiteraard niet. Het gaat immers om iemand's beleving.
Valkuil
Dat
laatste maakt ook dat het onderkennen van wat nu echt pesten is,
lastig is. Het kan onder pubers normaal zijn om te stoeien en elkaar
te plagen. Als leerlingen zich in de groep veilig en gewaardeerd
voelen dan is dat geen probleem, maar voor leerlingen die zo'n
veilige basis missen kan het wel vervelend zijn. Ik probeer dit als
mentor, maar ook gewoon bij het lesgeven aan een niet-mentor klas
bespreekbaar te maken. 'Ik zie dat dit en dit gebeurt. Dat kan als
grapje bedoeld zijn, maar iemand kan het ook vervelend vinden. Op
welke manier checken jullie hoe mensen zoiets ervaren?' Juist vanwege
mijn verleden weet ik hoe fijn het kan zijn als iemand voor jou
opkomt en oog heeft voor wat er gebeurt. Maar ik ben me
tegelijkertijd ook bewust van valkuilen. Ik ben gevoelig voor
uitsluiting en pesterijen, maar dit kan er ook voor zorgen dat ik
iets wat onschuldig is te ernstig opvat. Ik probeer hier op te
letten, maar ik vind dat als ik twijfel heb over hoe kinderen elkaar
behandelen, ik daar iets mee moet. Uitspreken wat ik zie, soms een
beetje humor erbij en als ik vind dat het over de schreef ga,
aanpakken.
Meidenvenijn
Tijdens
mijn eerste jaar als mentor ben ik een overduidelijk geval van pesten
tegen gekomen. Hier heb ik direct alle registers open getrokken:
pestprotocol, een interventie met de pestspecialist van de school:
the works. Volgens mij hebben we toen kunnen voorkomen dat het nog
erger werd. Zeker weten doe ik het niet (ik werk nu op een andere
school), maar ik hoop het wel. Meidenvenijn, er worden tegenwoordig
seminars over gegeven (hoe het werkt en hoe te voorkomen en mee om te
gaan) en het kan heel heftig zijn. Toen ik gepest werd waren er nog
geen mobieltjes. Gelukkig maar, want ik weet niet hoe veerkrachtig ik
was geweest als een groep meisjes mij telefonisch had medegedeeld dat
ik wel dood mocht, en niemand mij mocht. Dat zijn berichten die te
makkelijk worden ingetypt en die een enorme impact kunnen hebben op
een dertienjarig meisje, die zich toch al onzeker voelt. Door dit
meteen serieus te nemen hebben we toen als school in elk geval een
signaal afgegeven. Hoe je iets ook bedoelt, als iemand zich gepest
voelt is dat niet acceptabel.