maandag 30 oktober 2017

Muziek

Ik schreef er al eerder over: ik doe veel met muziek in mijn lessen. In alle klassen laat ik regelmatig liedjes horen waarbij leerlingen zogenaamde gatenteksten krijgen. De tekst van het liedje maar dan met ontbrekende woorden die ze in moeten vullen tijdens het luisteren.
Vaak combineer ik dat met vragen over de tekst zelf. Waar gaat het lied over? Ben jij dat met de artiest eens of heb je dat ook weleens meegemaakt? Wat vind je van het onderwerp? Het clipje dat ik niet lang geleden (bij het blog over werkvermijdend gedrag) liet zien leent zich hier goed voor.

Muziekproject

In de achtste klas doe ik hier nog meer aan. Ik heb jaren geleden een muziekproject ontwikkeld dat ik in de jaren erna heb bijgeschaafd, en die uit twee onderdelen bestaat. In het eerste deel gaat het om luisterstrategieën. Net zoals het bij lezen kan helpen om voor je vragen gaat beantwoorden na te denken over de tekst, kan dat bij een luistertoets ook zo zijn. Dit oefenen we tijdens het project. Bij de introductie van het project gaan we eerst nadenken over het onderwerp van een liedje, terwijl ik alleen de titel van het nummer geef. Waar zou 'I hold your hand in mine, dear' over kunnen gaan? Vervolgens kijken we het clipje.


Blijkt toch iets anders te zitten dan de meeste suggesties! Grappig is wel dat er bijna altijd wel een leerling is die in de richting kwam. Dat komt goed uit, want alle liedjes die ik uit heb gekozen voor dit project zijn nummers waarbij er op het laatst een rare twist is.

Lola van de Kinks, bijvoorbeeld, is het tweede nummer dat we bestuderen. Ik stop het nummer vlak voor het einde en we gaan dan brainstormen. Waar gaat het liedje over? Waar in de tekst kun je dat zien? Vervolgens het einde waarin Lola onthult wordt een beetje anders te zijn dan de hoofdpersoon (en de meeste leerlingen) dachten, en gaan we opnieuw naar de tekst kijken. Waar in de tekst kun je al aanwijzingen vinden voor de onthulling op het einde? Is het wel een echte onthulling, of kun je het (net als de hele tekst) op twee manieren opvatten?


Bij een ander liedje geef ik opnieuw de titel (Short people) en vraag ik hun om twee zinnen uit de tekst af te maken. Short people got nobody to …................ Short people got no reason to …................... . Er zijn altijd grappenmakers die bij de laatste zin het juiste woord invullen en commentaar krijgen van de rest van de klas over hun gemene opmerking. We praten nog even over het mogelijke onderwerp van het lied en dan pakken we de tekst erbij en luisteren er naar.


De klas is vooral geshockeerd als ze horen wat de kleine man Randy Newman zingt. Maar dan praten we over het echte onderwerp van het lied. Het heet wel kleine mensen maar eigenlijk zit er natuurlijk iets heel anders achter. Wat gebeurt er als je overal in de tekst de kleine mensen vervangt voor 'joden', of 'zwarte mensen'? Of 'homo's'? Oh ja... Misschien maakt hij niet kleine mensen belachelijk, maar juist mensen die andere mensen belachelijk maken? Precies. Dat dus.
(Zoals altijd neemt mijn enthousiasme het over en ben ik veel uitgebreider dan ik oorspronkelijk van plan was. Volgende keer dan maar verder? Laten we dat maar doen.)


donderdag 26 oktober 2017

Herfstvakantiebericht II

Vandaag hou ik het bij de weekspreuk van deze herfstige vakantieweek.


Door mij het licht van het denken
krachtdadig in het innerlijk te ontsteken,
belevenissen zinvol te duiden
vanuit de krachtbron van de wereldgeest,
ontvang ik nu mijn erfdeel van de zomer,
herfstrust en hoop ook voor de wintertijd.
29
Negenentwintigste week
20 - 26 oktober


(bron:http://weekspreuken.antrovista.com)


maandag 23 oktober 2017

Herfstvakantiebericht I

Tegen de tijd dat het herfstvakantie is kennen al mijn zevende klassen een herfstgedicht uit hun hoofd. Het begin is een liedje dat ik op de basisschool van mijn lievelingsjuf (Jenny) leerde, en dat later een echt vrijeschoollied bleek te zijn.
Toen ik meer met dit lied wilde doen kwam ik erachter dat er een blogster was die er een langer gedicht van maakte.
Omdat het deze week herfstvakantie is hou ik het qua bloggen vandaag wat simpeler dan normaal, en deel ik hierbij dat prachtige nazomerse, herfstgedicht.

Autumn Comes, the summer has passed

Winter will come too soon
Stars will shine clearer, skies seem nearer
Under a harvest moon.

Autumn comes so let us be glad
Singing an autumn tune
Hearts will be lighter, skies seem brighter
Under the harvest moon.


Golden light is turning grey, mists begin to rule the day.
Bare the trees, their branches lift, clouds of leaves earthward drift.
Through the field the farmer goes, seeds of ripened corn he sows.
Trusts the earth will hold it warm, shelter it from cold and harm.
For he knows that warmth and light
Live there, hidden from our sight.
And beneath a sheltering wing,
Deep below new life will spring

Deep below, deep below, new life will spring.

donderdag 19 oktober 2017

Bijzondere leerlingen IV

Soms kom je leerlingen tegen met wie je een speciale klik voelt. Iets van begrijpen, of gedeelde interesses, ik weet niet wat het is, maar er is iets anders.
Zelf had ik dat vroeger ook met een van mijn leraren. Zelfs toen ik nog les van hem had, kon ik af en toe in pauzes met hem praten zoals ik ook met een leeftijdsgenoot sprak. Soms kom ik hem nog weleens tegen als ik terug ben in het leuke Friese stadje waar ik het grootste deel van mijn leven woonde.

Rustige aanwezigheid
Later heb ik dat andersom ervaren toen ik op een Montessorischool werkte, mijn eerste baan. Er was een meisje die net wat anders was dan de rest van de klas; rustiger, serieuzer, belangstellend voor anderen. Omdat ik bij haar het gevoel had – wat achteraf bleek te kloppen- dat ze soms meer voor anderen zorgde dan voor zichzelf, vond ik het fijn om af en toe even wat meer aandacht aan haar te besteden. 

Toen ik voor een workshopweek bedacht dat ik wel een workshop 'zoek je rust' wilde geven; een combinatie van yoga, mindfulness en meditatie, leek zij mij een goede kandidaat om mij daarbij te assisteren. En dat was ook zo. Zelden heb ik zo prettig met iemand samen gewerkt! Ze dacht met me mee, bedacht oplossingen voor kwesties die zich opwierpen en tijdens de workshop zelf was ze een heerlijk rustige aanwezigheid die scherpe observaties deed die mij nieuwe inzichten gaven over de deelnemende leerlingen. Ik was onder de indruk. Nog steeds wel, eigenlijk.

Jaren later kwam ik haar tegen toen ze al studeerde, en we kletsten verder alsof we elkaar gisteren nog hadden gesproken.

Onder de indruk
Het gebeurt niet vaak, maar heel zelden gebeurt het wel degelijk dat ik iemand in mijn klas tegenkom waar ik niet alleen een klik mee hebt, maar die ik als mens bewonder. Ik ben de docent, het kind is de leerling, maar desondanks zijn zij mensen die mij nog het een en ander te leren hebben. Voor de mensen die aan spiri-wirualiteit doen: oude zielen. Voor de mensen die daar niks van moeten hebben: bijzondere kinderen.

Zo heb ik vrij recent nog iemand in de klas gehad die enorm serieus bezig was (en is) met kunst, met name het maken van (animatie)filmpjes. Aanvankelijk gaf ik deze leerling alleen Engels, maar later werd ik ook de mentor. Tijdens de Engelse les was hij me al opgevallen en toen we op een dag te spreken kwamen over wat hij maakte zag ik iets dat ik moeilijk onder woorden kan brengen, maar het maakte dat ik meer wilde weten. Over hem, over waar hij mee bezig was, over zijn beweegredenen, ik weet het niet.

Die kans kwam al vrij snel, omdat hij mee deed aan een kunstroute waarvoor hij een animatiefilm had gemaakt. Ik mocht de DVD hiervan hebben, en ik was ervan onder de indruk. Ik heb de film met mijn gezin bekeken, in de docentenkamer neergelegd met een briefje erbij: dit moesten meer mensen zien! De leerling had echt iets bijzonders neergezet, en met name het verhaal achter het filmpje, de manier waarmee hij bezig was met zijn ambitie, zijn passie, zijn talent, maakte dat ik bewondering voor hem kreeg. Tijdens de jaren als mentor is dat alleen maar meer geworden. Wat een uniek, mooi mens!


Inmiddels geef ik deze leerling geen les meer, maar het is iemand die ik hoop te blijven volgen. Ook een juf is nooit uitgeleerd immers.

maandag 16 oktober 2017

Werkvermijdend gedrag

Ken je dat? Dat je van alles te doen hebt, maar om de een of de andere reden met totaal andere dingen bezig gaat? En dat best lang? Dat soort gedrag: ik ben er een ster in. Heel stom, want als ik dan eindelijk bezig ga met die grote stapel nog na te kijken proefwerken, dan vind ik het eigenlijk hartstikke leuk. Niet de zinnetjes en ander ingewikkelds, maar uiteindelijk vind ik altijd een bepaalde flow en zie ik de lol ervan in. Leuk man, schooltje spelen!
Maar voordat het zover is heb ik het vaak al heel lang uitgesteld. Wat ik dan doe in die tussentijd? Stomme dingen. Facebooken bijvoorbeeld. Of blogjes lezen. Mail checken. Nog een keer facebook. Andere mail checken. Oh, wacht dat blogje had ik ook nog niet gecheckt. En wat staat er vandaag ook weer op Ogma? Als ik dan eindelijk aan de slag wil, toch nog een keertje op Facebook en daar blijf ik vaak hangen in de filmpjes. Lekker joeptjoepen. Helemaal niet lekker, want ik voel me opgejaagd en a-relaxt, die stapel nakijkwerk voel ik branden, maar toch ga ik door.

Soms vind ik dan via een FB filmpje ineens materiaal voor een lesje Engels. Zoals deze

bijvoorbeeld. Maar soms zit ik gewoon gedachteloos maar wat te doen. Stom, maar zo gaat dat.


Laatst kwam ik ineens terecht bij allemaal cabaret over onderwijs en leraren. Zo kwam ik erachter dat ik dit



helemaal niet zo grappig vind, maar dit liedje van uitgebluste leraren



stiekem (niet verder vertellen) wel, en merkte ik dat dit

een beetje gedateerd is, maar nog steeds leuk. Ik ontdekte ook dat ik het met JanJaap van der Wal eens was:



en niet met Hans Teeuwen:


maar wel om beide moest lachen.
En zo had ik na drie kwartier joeptjoepen toch maar mooi materiaal gevonden voor een blogje, zodat ik mijn schuldgevoel kon afkopen met de wetenschap dat het toch ergens nut had gehad, dat staren naar het schermpje. Nadat ik de computer had uitgezet ben ik meteen gaan nakijken. Bijna af. En tot het zover is blijf ik gewoon van mijn laptop en Ipad af. Of zal ik toch nog even....

Onverbeterlijk ben ik.

donderdag 12 oktober 2017

En nu allemaal de koppen dicht, ja!!!

Mijn man en kinderen weten er alles van: ik kan echt maar een ding tegelijk. Dus als ik mailtjes beantwoord, een blogje schrijf of proefwerken nakijk en iemand wil mij een mop uit een moppenboekje vertellen, vragen of ze morgen met Nolan mogen spelen of willen weten wat er die avond gekookt moet worden, dan hoor ik dat niet. Als het nogmaals wordt gezegd of gevraagd ervaar ik dat als ruis op de achtergrond die in razendsnel tempo oorverdovend wordt en baf! Kortsluiting in mijn hersenen. Teveel informatie om te verwerken, teveel tegelijk en het resultaat is meestal een nogal geblaft, niet bijster vriendelijk antwoord van mijn kant, iets waar ik zelden zelf blij mee of trots op ben, maar het gebeurt. Sorry, ik bedoelde het niet zo...
In de les heb ik hier minder last van, van dat korte lontje. Dat bewaar ik meestal voor thuis (nogmaals mea culpa, lieverds), maar ook op school zijn er momenten waarop ik het heb gehad.

Voor iedereen die inmiddels bij mij het beeld heeft gekregen van een blij ei in hippiejurk en heksenhaar, nou ja, dat klopt wel. Maar niet altijd. Een van de dingen waar ik slecht tegen kan is als mensen door me heen praten. Nou, dan moet je docent worden. Kun je je lol op.

Geklets
Natuurlijk weet ik dat het erbij hoort. Ik sta inmiddels een paar jaar voor de klas, heb een dikkere huid gekregen en een arsenaal aan oplossingen. Gewoon stil zijn en voor de klas gaan staan bijvoorbeeld. Wachten. Kan lang duren, heel lang, maar uiteindelijk wordt het stil. Even opvallend gaan staren naar de grootste kletskousen helpt, een ontevreden blik op mijn gezicht ook. Als ik meer druk wil zetten, steek ik mijn vinger dreigend in de lucht; het teken om aandacht te hebben en stil te zijn. Werkt minder goed dan gefronste wenkbrauwen, is wel vriendelijker. Op deze manier wachten werkt, kost weinig inspanning, maar neemt veel tijd in beslag.

Silence please
Er zijn veel wisselingen in een les, zelfs in eentje van een magere 45 minuten. Van introductie programma naar boeken open slaan, van samen lezen naar zelfstandig oefening doen, van luisteren naar een verhaal naar gedicht reciteren. Als je bij elke wisseling opnieuw geklets hoort kan dat wachten op stilte heel vervelend worden.
Soms heb ik er ook gewoon geen geduld voor. Dan ga ik aftellen.  In het Engels, van tien naar een. Na 1 (Silence please!) weet iedereen inmiddels dat het stil moet zijn. Mensen die lollig heel hard denken mee te moeten tellen worden afgestraft. Dit aftellen werkt snel en goed, maar nog kan het rommelig worden. Tien keer in de les aftellen doet het effect weer teniet dus dat doe ik niet.

Geduld
Voor de klas heb ik een stuk meer geduld dan thuis, en er komt een moment dat ik het zat ben. Dan ga ook ik Ssst-sissen. En wee de leerling die leuk mee doet! In het verleden heb ik wel met de deur geslagen, dat doe ik (na klachten van  volledig lamgeschrokken leerlingen) niet meer. Geen shocktherapie, vind ik zielig. Van de week was ik bezig met een luisteropdracht waar tig keer doorheen werd gesproken en ik had het echt gehad. Toen hoorde ik mezelf onvriendelijk blaffen: ‘En nu is het echt stil!’


Volgens mij schrokken de leerlingen meer van mijn gezichtsuitdrukking van de uitroep zelf. Ik zag één leerling een beetje wit wegtrekken. Maar dat is dan ook een lieverd. Eigenlijk had ik toen al direct weer medelijden met ze. Maar soms moet het gewoon echt even stil zijn. Dan maar zo.

maandag 9 oktober 2017

Narigheid

Een school is net de echte wereld. Alles wat je tegenkomt in het normale leven, zie je ook op school. Er worden vriendschappen gesloten (en soms verbroken), liefdes ontstaan en eindigen er, er zijn collega’s die kinderen krijgen en soms komen er ook mensen te overlijden.  
Een school is een gemeenschap en hoewel je het liever niet wilt gebeurt in elke gemeenschap ook narigheid. Er zijn collega’s die ziek worden en in het ergste geval overlijden, maar soms ook worden leerlingen zelf ziek.

Ik heb op mijn huidige school gezien hoe mooi er om kan worden gegaan met de ziekte en uiteindelijk ook het heengaan van een leerling. De school heeft zelfs in een geval gediend als plek voor het afscheid, omdat de betrokken leerling zich zo thuis voelde hier en graag op school de afscheidsplechtigheid wilde. Dat de school hierin toestemde vind ik heel bijzonder, en heel waardevol. Als dank aan de school en ter herinnering aan zo’n bijzondere leerling staat er nog steeds een boom in de binnentuin van de school. Ook een herinnering aan de kwetsbaarheid van de mens, die zoveel kan, zoveel weet maar toch sommige dingen, sommige ziektes niet kan stoppen. Of kan voorkomen dat er stomme ongelukken gebeuren.

Ik heb in mijn carrière tweemaal meegemaakt dat een ouder van een mentorleerling kwam te overlijden. Iets verdrietigers kun je je niet voorstellen. Ik vind het lastig om met zulke intense trieste zaken te maken te hebben, word er emotioneel van terwijl ik er juist wil zijn voor de leerling. Dat is ook weer een balans die gevonden moet worden. Hierbij vertrouw ik maar gewoon op mijn ervaring, gewoon menselijk gevoel en luister ik naar de wensen van de nabestaanden.
Ik heb meegemaakt dat de achtergeblevenen zo van slag waren dat ze niet wilden dat er op school aandacht aan besteedt werd, of dat er mensen op de uitvaartplechtigheid kwamen. Dat werd privé gehouden. We hebben wel een kaart gestuurd met de klas en daarin kon elke leerling een briefje doen met een eigen wens of condoleance. Ik had graag meer willen doen toen, maar zij wilden dat niet en dat kun je niet anders dan respecteren.

Er zijn ook momenten geweest waarbij we als school om mensen heen konden staan. Leerlingen en collega’s die samen naar de uitvaart van een (ouder van een) leerling gingen, een herdenkingstafel die in school neer wordt gezet. Manieren om de achtergeblevenen te laten weten dat er ook op hun school mensen zijn die meeleven, aan hen denken en er voor hen zijn.


Dit soort zaken zijn nooit makkelijk en ik vind het zo intens naar als jonge mensen op jonge leeftijd met verlies te maken krijgen, op wat voor manier ook. Maar zoals het cliché zegt: ook dat hoort bij het leven. Ik denk dat het waardevol is als een mensen op een school niet alleen vreugde en fijne dingen met elkaar kunnen delen, maar er ook kunnen zijn voor elkaar in tijden van verdriet en verlies. Zo is de school echt een wereld op zich.

donderdag 5 oktober 2017

Ziekmelding

Juf Jolanda is even geveld. tijdelijk gelukkig. Over een paar dagen een nieuw blogje!

maandag 2 oktober 2017

Handen geven

Op de reguliere school waar ik heb gewerkt heb ik behoorlijk geworsteld met voor de klas staan. Het eerste jaar dat ik daar werkte was gewoon niet leuk. Er werden dingen van mij verwacht waar ik niet goed in was en ik had heel veel moeite met de omschakeling van een juf in een onderwijsvernieuwende school naar een traditionele docent.
Orde
Aan het einde van dat eerste jaar, toen duidelijk werd dat ik nog een jaar mocht blijven en men mij eigenlijk wel zelfs een vast contract zou willen aanbieden, wilde ik hier iets aan doen. Ik moest steviger voor de klas staan, ik moest mezelf opnieuw gaan opleiden op het gebied van orde. Van een collega kreeg ik het boek 'Orde in de klas' van Rene Kneyber te leen en in de zomervakantie besteedde ik een groot deel van mijn vrije tijd aan het bestuderen van dit boek.
Gewapend met een map vol aantekeningen, nauwkeurige lesvoorbereidingen en handige standaardstrafwerkformulieren stapte ik in augustus weer de school binnen. Ik hield me aan mijn eigen regels, was consequent en het ging dat jaar, eigenlijk vanaf het begin, direct een stuk beter qua orde houden. Maar wat mij betreft is een deel van de winst van de tijdsinvestering in die zomer ook dat ik ging nadenken over wat voor mij belangrijk is bij het lesgeven.

Handen geven
Een van de beslissingen die ik toen nam was om voor elke les de leerlingen een hand te geven. In het begin keken leerlingen en andere collega's hier raar van op, maar ik wilde dat momentje om voor de les iedereen even in de ogen te kijken. Voordat de les echt begon, wilde ik al contact hebben gehad met mijn leerlingen. Van alle dingen die ik dat jaar deed, werkte dit het beste. Aan het einde van dat jaar, toen ik al aangenomen was bij de school waar ik nu werk, werd het handen geven in de centrale vergadering genoemd. Men zag dat het een fijn begin van de les was, en het contact met leerlingen beter ging bij mij, en er waren diverse collega's die in het komende jaar ook wilden beginnen met het begroeten met een handdruk.

Great minds think alike
Hoe grappig was het dan ook, toen ik op mijn huidige school een eerste proefles kwam geven, dat ik aan de begeleidende docent vertelde dat ik gewend was om de leerlingen een handdruk te geven bij het binnengaan in de klas. Het bleek namelijk dat dat iets is dat bij het Vrijeschoolonderwijs hoort. En niet alleen bij binnenkomst, maar ook bij het verlaten van de les. Dat was nieuw voor mij, maar ben ik in de ruim drie jaar dat ik op deze school werk nog wel meer gaan waarderen.

Bij het begroeten maakt een hand geven dat je direct al even contact hebt. Je ziet de leerling met het nieuwe kapsel, een leuk nieuw jasje, wallen onder de ogen, rode oogjes, een stiekeme zak chips nog in de handen en kunt hier meteen iets mee. Bij het verlaten zorgt het ervoor dat je de les even echt kunt afsluiten. Je hebt kans voor een heel snelle mini-evaluatie. Iets langer hand vasthouden en een compliment geven: 'Ik heb jou de hele les niet gehoord, volgens mij ben je keihard aan het werk geweest, klopt dat?' of juist 'Volgende keer wil ik dat jullie even een andere plaats uitkiezen, want ik vond zo naast elkaar vandaag geen goede combinatie. Jullie wel?'


Het maakt dat het contact wezenlijker is en dat komt mijn onderwijs ten goede.