maandag 19 maart 2018

Goede leerling versus slechte leerling


Jullie weten het misschien nog niet zo van mij, maar ik probeer mijn leven, en dus ook mijn jufzijn, in te richten naar boeddhistische principes. Een aspect daarvan is dat ik streef zo min mogelijk te oordelen. Het benoemen van een goede leerling danwel slechte leerling stuit mij daarom tegen de borst, maar voor dit stukje zal ik die bezwaren proberen te laten gaan. Om mezelf wat tegemoet te komen ga ik het vooral over goede leerlingen hebben. Dat is nog steeds een oordeel, maar in elk geval een wat meer positieve insteek.

Cijfergericht
Kinderen denken vaak dat het goed doen betekent dat ze hoge cijfers halen. Ik geloof niet dat dat zo is, en ik realiseerde mij dit voor het eerst toen ik het een hele tijd geleden met een collega had over een mentorleerling van mij, die mijn collega bij haar vak in de les had. Ze vertelde me dat mijn mentorleerling haar beste leerling was. Zijn cijfers kwamen niet uit boven een vier, vier en een half, soms een vijfje, maar desondanks was hij haar beste leerling.

Ik snapte wat zij bedoelde. Ik heb hier nog eens over nagedacht en ik ben het met mijn collega eens. Wat maakte dat hij haar beste leerling was? Hij deed zijn best. Niet om te slijmen, niet uit streberigheid, niet uit angst voor slechte cijfers of omdat hij moest van zijn ouders, maar omdat hij graag wilde. Hij vond het moeilijk, maakte vaak fouten, maar ondanks dat wilde hij weten hoe het zat. Hij lette op tijdens de les, maakte zijn huiswerk en dacht mee tijdens klassikale opdrachten. Hij bleef aardig en liet zich niet het veld uit slaan, ondanks de tegenvallende resultaten. Gelukkig gingen deze heel langzaam wel omhoog, al werd hij, noch in haar vak, noch in het mijne, een hoogvlieger.

Bron: Pixabay.com


Ontwikkeling 
Niet ieder kind kan dit, en dat hoeft ook niet altijd. Door mijn rijleservaringen weet ik hoe waanzinnig demotiverend het kan werken om telkens iets te moeten doen wat je niet kunt. Althans heel, heel moeilijk vind. Hoe gefrustreerd je kunt worden van alweer een slecht resultaat. Maar om dan, al is het met de moed der wanhoop, toch weer overnieuw te beginnen, dat vergt kracht.

Soms ben ik blijer met een 5 bij een leerling die het hele jaar alleen nog maar drieën haalde, dan met de zoveelste goed of zeer goed van een leerling die het altijd goed doet. Als er ontwikkeling te merken is bij iemand die zich inzet en van goede wil is, daar kan ik zo vrolijk van worden. Die inzet is waar ik bij alle leerlingen op hoop, en gelukkig bij heel veel terugzie. Zeker bij die leerling met lagere cijfers.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten