donderdag 15 februari 2018

Valentijn

Voor mij is het inmiddels traditie om niet lang na het eindigen van de kerstvakantie te beginnen met de voorzichtige voorjaars slash liefdesgedichtjes. Leerlingen reciteren bij mij vaak gedichten en deze pas ik aan aan de tijd van het jaar.

Rond januari wordt het weer tijd om te beginnen met de voorbereidingen op Valentijnsdag. Als het dan de veertiende februari is dan kennen ze een toepasselijk gedichtje uit hun hoofd. Altijd handig, toch?

Met de zevende (is eerste reguliere middelbare school) klas doe ik een lief klein voorjaarsgedichtje:

When you'll be my true love,
I'll tell you what I'll do.
I'll ask a little bluebird
to sing a song to you.
And when first you see a violet
and softly pricking through
the garden bed come crocusses
and golden tulips too
then watch! For he'll be coming,
that little bird of blue.
To tell you I'm in love with you, it's true, true, true.

Met de achtste (is dus tweede) klas reciteer ik rond deze tijd sonnet 18 van Shakespeare:

Shall I compare thee to a summer's day?
Thou art more lovely and more temperate.
Rough winds do shake the darling buds of May
And summer's lease hath all too short a date.
Sometime too hot the eye of heaven shines
And often is its gold complexion dimm'd
And every fair from fair sometimes declines
By chance, or nature's changing course untrimm'd.
But thy eternal summer shall not fade,
nor lose possession of that fair thou owest
When in eternal lines to time thou growest.

So long as men can breath, and eyes can see,
So long lives this, and this gives life to thee.

Altijd begin ik met het gedicht zelf voor te dragen, en tijdens het oefenen let ik op intonatie, uitspraak, snelheid en volume, maar over betekenis zeg ik niets. Pas als de leerlingen het gedicht van haver tot gort kennen bespreken we de betekenis.

Op – of zo dicht mogelijk rondom- Valentijnsdag vertel ik in de les altijd over verschillende verhalen rondom de oorsprong van het feest, en ik laat de leerlingen zelf ook liefdesgedichtjes schrijven. Voor een geheime liefde, hun beste vriendin, moeder, opa of grasparkietje, ze mogen zelf kiezen. De achtste klassers moeten een gedicht schrijven waarin ze hun geliefde (of beste vriend) vergelijken met iets dat zij heel waardevol vinden. Zo schreef een getalenteerde veertienjarige leerlinge eens een prachtig gedicht dat begon met de regels

Shall I compare thee to a winter's evening?
Thou art more cosy and more chilly.'

en dat van daaruit verder ging, heel trouw blijvend aan het originele sonnet. Mooi!

Maar het grappigste liefdesgedichtje dat ik tijdens deze Valentijnslessen tegen kwam bestond slechts uit drie regels.

Roses are grey
Violets are grey


I am a dog

Geen opmerkingen:

Een reactie posten